De magiërs
Parijs, 1860. Nelson Staightback en Jenny Sullivan zetten een punt achter hun moeizame samenwerking met Jean-Jacques Bonneteau om in Londen hun geluk te beproeven. Maar er komt een einde aan het geringe succes dat ze daarbij ondervinden, wanneer het kind dat ze zogenaamd op het toneel laten verdwijnen, ook werkelijk spoorloos blijkt te zijn. Voordat hij de benen neemt om de woedende menigte te ontvluchten, ziet Nelson nog net een zwarte steen liggen op de bodem van de kist waarin het kind zich bevond. Terwijl zijn vroegere compagnons in zak en as zitten, reist Nelson per schip naar de Verenigde Staten, in het verbijsterende besef dat hij voortaan echt kan toveren ...